Het laatste deel van de serie ‘Flora en Fauna van Amsterdam’ gaat over de weekdieren van het hoofdstedelijk gebied. Wat kan ik zeggen over dit boek? Ook al staan er wel wat foutjes in en zijn de tekeningen (meestal) niet geschikt voor het identificeren van slakken en ander materiaal, toch luidt mijn devies: kopen, en wel zo snel mogelijk! Het is een bijzonder boek. Meer dan 120 land- en zoetwater slakken – vele vondsten mogen spectaculair worden genoemd – werden aangetroffen tijdens de inventarisaties. El ke soort heeft zijn eigen pagina (soms worden sterk gelijkende soorten gelumpt), met afbeelding en begeleidende tekst. Een determinatiewerk is het niet. Behalve de belangrijkste verschillen tussen op elkaar gelijkende soorten bestaan de teksten vooral uit beschouwingen en persoonlijke ervaringen. Bij sommige soorten prijkt ook nog een receptuur, en verder zijn er tal van gedichten te vinden. De teksten zijn vaak onweerstaanbaar grappig, en geven naast de fauna zelf ook een goed beeld van de mensen die achter dit omvangrijke project schuilgaan. Wat te zeggen van de segrijnslak, dat rotte bruinige beest dat al wat groeit en bloeit opeet (en zich tevens tegoed doet aan papier, karton en stopverf). Het motto van de tekst over deze soort luidt dan ook ‘If you can’t beat them, eat them! ’ Verder staat de tekst vol met allerlei ecologische bijzonderheden.