Wie Liaoning zegt, zegt vogels en gevederde dinosauriërs. De provincie in het noordoosten van China heeft het laatste decennium onder geologen en evolutiebiologen bijna een magische klank gekregen. Deze rubriek is ruim een jaar geleden van start gegaan, en in die tijd is de naam Liaoning al meerdere malen gevallen. Nu dus weer, maar ditmaal niet over vogels of andere dinosauriërs met een verenkleed. Want de Chinese ondergrond heeft meer verrassingen in petto dan alleen dinosauriërs. Zo is er voor de vierde keer in de Yinxianformatie een zoogdier gevonden (lit.1). Depreservatie ervan is net zo goed als bij andere Liaoningfossielen. Maar hier dus geen afdrukken van veren, maar van een heuse vacht. Zo mogelijk nog spectaculairder is het plantenfossiel dat een week na het zoogdier gepubliceerd was. Een vrijwel volledige bloemplant uit het Vroeg Krijt, maar dan alleen zonder bloemen (lit. 2, 3). Laten we maar met het zoogdier beginnen. Lange tijd was de studie van Mesozoïsche zoogdieren een zaak van zeer schaarse, fragmentarische vondsten. Het is nog altijd geen vetpot, maar in de loop van de tijd begint zich een beeld te vormen. Vragen waar paleontologen zich met name mee bezig houden zijn “Wanneer zijn de voorouders van alle recente zoogdieren ontstaan?” en “Wanneer splitsen de placentale zoogdieren zich af?” Want het verhaal van de Mesozoïsche zoogdieren omvat ook vele lijnen die al voor het begin van het Tertiair waren uitgestorven. Het is logisch dat de lijn die tot de recente zoogdieren leidt (en dus ook naar de mens) daarbij speciale aandacht krijgt. In een wereld waarin fossielen zo schaars zijn, is een compleet skelet uiteraard zeer welkom. Te meer omdat het 125 miljoen jaar oude fossiel direct betrekking heeft op één van de eerder genoemde vragen. Het zou namelijk gaan om het oudste placentale zoogdier. Dat komt ook tot uitdrukking in de naam: Eomaia (dageraadmoeder). De soortaanduiding scansoria betekent klimmend, en verwijst naar de bouw van het skelet dat aan een klauterende levenswijze is aangepast.