Tijdens jaarvergaderingen van de WTKG in de afgelopen jaren was het een terugkerend onderwerp van gesprek: het aantal plaatsen in het bekken van Parijs waar nog door een groep verzameld kan worden neemt steeds verder af. Kon er bijvoorbeeld vorig jaar nog verzameld worden bij Fercourt, inmiddels blijkt de grondeigenaar, verstoord door de niet aflatende graaf-aktiviteiten op zijn terrein, niet langer van bezoek door hobby-paleontologen gediend te zijn. En dat terwijl wij vorig jaar toch na afloop van ons verzamelen de gemaakte gaten weer netjes hadden dichtgegooid. Ook de zandgroeve van le Guepelle is helaas niet langer toegankelijk voor groepen. In beide gevallen is het overigens mogelijk dat individuele verzamelaars niet worden geweerd, maar hierbij speelt ongetwijfeld mazzel hebben (lees; niet betrapt worden) een grote rol. Hierdoor komt het erop neer dat de weinige overgebleven verzamelterreinen vaker door de WTKG met een bezoek worden vereerd. En zo stond dit jaar de Lutetien-fauna van Fleury-la-Rivière, twee jaar geleden voor het laatst bezocht, opnieuw op het programma. De organisatie (lees: de onvermoeibare Stef Mermuys) had van tevoren in de omgeving willen rondkijken naar andere plaatsen waar verzamelen mogelijk was. Dit werd helaas verhinderd doordat hij een onfortuinlijke val had gemaakt op de bouwplaats rond zijn huis, en daarbij een pols lelijk had verzwikt.