“O God, hebben ze er weer een van Liaoning?” Ik weet, het is niet de juiste reactie tegenover een journalist die informatie vraagt over een nieuwe dinosauriër met veren, maar ik vrees dat het na 45 jaar pijnlijk duidelijk is dat ik de kunst van het nadenken voordat ik iets zeg wel nooit zal beheersen. Nu belde hij me wel thuis, dus de onbedoelde spontaniteit kwam deels voort uit mijn omgeving, maar aan de andere kant was het wel gemeend. Iedere keer als er weer een mooi fossiel gevonden wordt in het Onder Krijt in de Chinese kustprovincie Liaoning, haalt het weer Nature. En voor mij is het achtergrondverhaal dat ik dan weer moet vertellen steeds hetzelfde. Het enige dat verandert is dat ik naast Sinosauropteryx, Caudipteryx en Confuciusornis weer een moeilijk naam uit mijn hoofd moet leren.