Voorlopig zijn de door Glibert en Anderson opgegeven namen gebruikt. Het is niet uitgesloten dat wat dat betreft Abra bojei en Abra sorgenfreii later wijzigingen aangebracht moeten worden. Slotkenmerken: voor de gebruikte termen zie figuur R1 en LI. De in de literatuur genoemde tand 2 is hier 2a; voor zover mij bekend vermeldt alleen M. Glémarec de kleine tand 2b (Joum. de Conch., vol. 104 no. 1) voor recente Abra's. Deze tand is meestal afgebroken, soms nog in de rechterklep terug te vinden.