In 1952 beschreef de onvolprezen wijlen Maxime Glibert in deel II (Gastropodes) van zijn ‘Faune Malacologique du Miocène de la Belgique’ een aantal nieuwe soorten, waaronder op pagina 104 Euthria antwerpiensis n. sp. Hij beschrijft deze nieuwe soort op basis van één enkel “unique” exemplaar van Edegem, en stek tevens dat dit het eerste voorkomen van het genus Euthria ten noorden van de 50ste breedtegraad is. Op zijn minst die stelling is achterhaald sinds het voorkomen van Euthria intermedia (Michelotti, 1847) in de Miste-fauna. Deze Euthria antwerpiensis Gilbert, 1952 wordt afgebeeld op plaat VIII, fig. 6 van bovengenoemde publicatie, met één enkele aperturale afbeelding, die ik hier weergeef voor diegenen die niet over Gilbert's werk beschikken (fig. 1).