De notenkraker behoort sinds 1969 tot de Nederlandse broedvogels Enkele invasiegasten hebben hun leventje in ons land voldoende kunnen rekken om tijd te vinden voor het stichten van een gezin. Het aantal broedgevallen beperkt zich tot een enkele – hoogstens voor zover bekend drie – De mogelijkheid is echter niet uitgesloten, dat in het Gooi en omgeving een notenkraker een gezin heeft gesticht; Af en toe wordt nog een notenkraker waargenomen zoals aan de Mozartlaan in Hilversum en Einde Gooi. Mevrouw H. Roelofsz woonachtig in de bosrijke omgeving van de Nieuwe ’s-Gravelandseweg te Bussum, had gedurende drie achtereenvolgende dagen in januari (tussen 10 en l8 januari), vier notenkrakers in haar tuin. De vogels verbleven telkens ’s-morgens van tien uur tot half twaalf op het gazon. Twee van de vier notenkrakers waren duidelijk kleiner. De twee grootsten hadden, zoals mevrouw Roelofsz het beschreef, een fiere houding, zoals die het vorige jaar tijdens de invasie bij de Siberische gasten was terug te vinden. De twee kleine notenkrakers gedroegen zich wat minder trots, wat onvolwassen! Opvallend was de schuwheid. Mevrouw Roelofsz kon slechts met de grootste moeite het venster bereiken om de vogels van dichtbij te bekijken. Mevrouw Roelofsz had tijdens de invasie van de notenkrakers in 1968 deze vogels goed bestudeerd. Zij veronderstelde, dat bij haar in de tuin mogelijk een ouderpaar met jongen zich had opgohouden. De heer K. Schaap zond ons een verslag toe van zijn waarneming van een notenkraker op 18 februari 1970. “Toen ik in het begin van augustus 1968 mijn eerste notenkraker zag, dacht ik dat ik te maken had met een kruising tussen een ekster en een spreeuw. Dank zij de boeken kon ik al snel vaststellen, dat ik met een notenkraker te maken had gehad. Na deze waarneming volgden er nog vele en al gauw vond ik de vogel “gewoon”. Toen het aantal notenkrakers echter terug begon te lopen, ging ik juist neer op het gedrag van de overgebleven exemplaren letten. Zo constateerde ik, dat sommige notenkrakers vlees aten en andere vruchten. Na mijn laatste waarneming in februari 1969 zag ik er geen meer totdat..... Op 18 februari 1970, 16.10 uur, ontdekte ik weer een exemplaar. De vogel hipte in een tuin gelegen aan de Rembrandtlaan 22 te Nieuw Loosdrecht. Toen ik voorzichtig poogde naderbij te komen ging de notenkraker terstond op de wieken. Hij ging midden op de Paulus Potterlaan zitten en Hipte vervolgens weg. Ten slotte verdween de vogel tussen de huizen. Hij leek iets lichter van kleur dan de exemplaren, die ik in de invasieperiode waarnam. De snavel was in verhouding tot het lichaam nogal groot en bij de wortel tamelijk dik.