Tijdens de VWG-week van 20 tot en met 27 september in Zuid-Spanje (omgeving Tarifa), hebben de deelnemers tot driemaal toe op sensationele wijze kennis gemaakt met een grote, gecombineerde groep van roofvogels en gieren. Ook op andere tijdstippen werden kleinere groepen waargenomen. Een roofvogel of gier bleef zelden alleen! In de periode van de waarnemingen waaide er een harde oostelijke wind, door de Spanjaarden een Sahara-wind genoemd. Ook elders hebben wij de vraag gesteld of de bewegingen van deze groepen vogels beïnvloed plegen te worden door de wind. Dat roofvogels gebruik maken van de termiek en ook bij harde wind kans zien vrijwel bewegingsloos in de lucht te blijven zweven en in elke gewenste richting te koersen, is een bekend verschijnsel. Hierbij kunnen zij zeer grote afstanden afleggen en voor de omgeving van Algeciras en Tarifa is Afrika met het zeer duidelijk zichtbare Atlasgebergte, bijzonder dichtbij (15 tot 30 km). Dit zou bijvoorbeeld de waarneming van de steppenarend kunnen verklaren.