Het is half zes in de morden als ik word gehaald om voor de achtste-maal de nestkasten te gaan controleren in het Smitshuyzerbos van de stichting Gooisch Natuurreservaat. Met de auto rijden de heer de Later en ik naar de nieuwe rijksweg 27. In de bosrand zingt een geknaagde roodstaart en in de verte lacht een groene specht. Maar dan klinkt er opeens een veel krachtiger roep door het bos: tjuuu... tjuuu....tjuuu.! Een grote zwarte vogel vliegt in een golvende vlucht uit de bosrand, over de rijksweg en onder het viaduct door naar een ander bosvak. De zwarte specht! Voor mijn metgezel is het de eerste keer, dat hij deze vogel ziet. Zelf ken ik hem al enige jaren, o.a. broedend in de “Vuursche” en het Maartensdijkse bos. We stappen uit de auto en lopen naar de Blokhut. Weer zingt een roodstaart. Verder horen we een geelgors, tuinfluiter en fitis. zingen. De ladder wordt gepakt en de nestkastcontrole kan beginnen.