Evenals in februari 1973 en februari 1972 werden alle roofvogels en uilen geteld, die zich ophielden in de polders langs de randmeren van Kampen tot Huiden alsmede in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland (zie ook KORHAAN 1972 no. 6 pp.3 en KORHAAN 1973 no.7 pp. 3). Het ligt in de bedoeling deze telling nog enkele jaren ce continueren om op deze wijze uit te zoeken hoe groot de betekenis is voor het wintervoorkomen van roofvogels.