... De Kleine Karckiet was voorheen in de provincie Zuid-Holland ruim vertegenwoordigd; thans is hij in ons land schaarsch. Hij is in het meer of het moeras, wat de Mees of Roodborst in den tuin, de Spreeuw op de boerderij en de Wielewaal in het bosch is: de hoofdzanger onder het gevogélte Men hoort hem van het begin van Mei tot het einde van Augustus. In sommige streken – even als voorheen ook hier te lande – zijn de rietbedden langs de meren dikwijls zoo druk door broeijende paren dezer soort bezocht, dat men op elke 25 å 30 voet oppervlakte een nest ziet of de ouden hoort. In den ochtendstond maken zij gezamenlijk een vreeselijk geratel en gesnater, waarbij zij meestal door kwakende kikvorschen en luidruchtige Spreeuwenbenden geaccompagneerd worden. Hoe dikwijls en met hoe veel genoegen heb ik daarnaar geluisterd! en hoe gaarne zou ik het nog eens hooren, dat levendige, rustelooze vogelenkoor, met hun onbezorgd getier, met hun altijd vrolijk gesnap. De meren verdwijnen langzamerhand van den aardbol, en met hen de vogelen; de rivieren worden door tallooze booten bevaren, en de vogels, die er het leven aanbragten, die het meer tot een meer, de rivier tot een rivier stempelden, zij zijn verjaagd, verstoord en eindelijk uil armoê verhuisd. Onze zoo schilderachtige meren en plassen worden in weilanden herschapen; bosschen worden weggekapt, en hunne gevederde bewoners naar andere oorden, waar hun een gelijk lot te wachten staat, verwezen, – alles ter wille van het alles behoevend, maar ook alles beheerschend menschengeslacht. Ons land, dat vroeger een Schollevaars en een Lepelaarseiland en het monopolie der watervogels bezat, heeft sedert de laatste twintig jaren heel wat van zijne karakteristieke schilderachtigheid verloren. Holland is toch geen Holland meer, sedert de binnenwateren gedempt en zijne watervogels verhuisd zijn. Zelfs de oude broodjagers met hunne gelapte geweren, de visschers met hun nationaal costuum, de dommelige hengelaar met zijne steeds lekke boot, – al die eigenaardige personen en toestanden zijn uit onze landschappen verdwenen. ...
| Additional Metadata | |
|---|---|
| De Korhaan | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Vogelwerkgroep Het Gooi en Omstreken |
|
onbekend. (1980). De Kleine Karekiet. De Korhaan, 14(4), 99–99. |
|