Hoog in de lucht zingen de leeuweriken, een half dozijn tegelijk. Telkens daalt er een neer of stijgt er een op en wie goed kijkt langs het korte voorjaarsgras tusschen de gele bloemen, kan nog menig kuifkopje zien rondwandelen, pikkend naar voedsel, zorgend voor het nest of vechtend met de buren.' Dat schreef Jac.P.Thijsse in 'Lente' rond 1907. Het geluid van de Veldleeuwerik is ook in onze tijd gelukkig nog steeds regelmatig te beluisteren. Hoewel het niet zo erg luid is, is het toch een opvallend geluid. Prof.Dr.A.Stolk schrijft in 'Vogels Natuurlijk' (1982) het volgende over de Veldleeuwerik: 'Het beroemde gezang van de veldleeuwerik heeft al menige dichter geïnspireerd. Van hoog in de lucht stuurt hij zijn melodieuze lied naar de aarde, één der mooiste geluiden in het vrije veld.