De twee opeenvolgende strenge winters hebben hun invloed op de vogelstand. Zo hebben de overwinterende scholeksters het weer zeer moeilijk gehad. In het broedseizoen 1996 lijken de gegevens van de broedende paren nog niet op een achteruitgang te wijzen. Wel zijn er enkele berichten over ‘opgedroogde sozen’. Daarmee wordt bedoeld de groepjes scholeksters die in het broedseizoen vaak jaren achtereen, op dezelfde percelen aanwezig zijn maar niet aan het broedproces meedoen. De vogels in deze sozen, die soms al geslachtsrijp zijn, moeten wachten tot er een territorium voor hen is. Bekend is echter ook dat onder de winterslachtoffers op de Wadden en in Zeeland veel niet geslachtsrijpe vogels zijn.