Het was in september 1987 dat door een fanatiek broekie een voorzichtige poging werd gedaan om het fenomeen vogeltrek vanaf de akkers van het Corversbos te doorgronden. Dat was zinloos. Vragen en antwoorden volgden elkaar in hoog tempo op. Twintig jaar en bijna 2 miljoen trekvogels later vinden trekvogeltellers het nodig om idioot vroeg in de ochtend hun warme handen en voeten te tergen met kou en nat en de nekspieren tot het uiterste te kneuzen.