Deze karakteristieke slakjes, kapslakken genoemd, met als schelp een langgerekt kapje met scheve punt, lijken nauw verwant te zijn met de zgn. mutsslakken, die ook geen echt slakkenhuisje hebben. Schijn bedriegt hier. Anatomisch onderzoek wijst uit dat we niet te maken hebben met bloedverwantschap; het gaat om vormverwantschap. Ook bij sommige groepen van zeeslakken zien we soorten met kapvormige schelpen. De schaalhoren, Patella vulgata, die op namaakrotsen langs de kust in het Zuiden van ons land nog voorkomt, is hiervan een bekend voorbeeld.