Onder de titel ’Vos en muskusrat’ gaf de provincie Zuid-Holland het verslag uit van een onderzoek naar de relatie tussen de vos en de muskusrat, met als perspektief de mogelijkheid om de een te gebruiken als biologische bestrijder van de ander. In verschillende Amerikaanse en Russische onderzoeksgebieden blijken vossen zich voornamelijk te voeden met muskusratten. De mogelijkheid bestaat dat dit ook in ons land (plaatselijk) het geval is. Bij gebrek aan een goed onderzoeksgebied in de eigen provincie (te weinig vossen en gebrek aan medewerking van jagers) werd het onderzoek uitgevoerd in de West-Betuwe. Beide soorten komen daar in voldoende mate voor, jaarlijks worden daar ongeveer 10 vossen en 5500 muskusratten gevangen. In de winter en het vroege voorjaar (de enige periode waarin keutels verzameld konden worden) bestond het voedsel van de Betuwse vossen voor 46 % (gewichtsprocent) uit kleine zoogdieren, voor 23 % uit hazen en konijnen, voor 17 % uit muskusratten en voor 13 % uit vogels. Een deel van de gegeten muskusratten kan echter afkomstig zijn geweest van dode ratten die door de muskusratten -vangers in het veld zijn achtergelaten.