Door zijn leefwijze in de directe nabijheid van mensen geniet de kerkuil veel belangstelling. Onder andere door intensivering van de landbouw is de soort echter in aantal sterk teruggelopen. Mede doordat ruim duizend vrijwilligers van de kerkuilenwerkgroep zich inspannen om meer nestplaatsen te creëren, zit de soort alweer een tijdje in de lift. In 1995 is het ‘Soortbeschermingsplan Kerkuil’ van start gegaan, met als doel de kerkuil en het landschap waarin hij leeft te beschermen en te onderzoeken hoe de aantalstoename gestimuleerd kan worden. Vogelbescherming Nederland voert het soortbeschermingsplan uit. Een van de onderdelen van het plan betreft een biotoopproef. In deze proef wordt aan boeren, die broedende kerkuilen op hun erf hebben, gevraagd om een klein deel van hun grasland op een andere manier te beheren. Het aangepaste beheer bestaat uit het minder maaien en niet bemesten en beweiden van grasstroken. De boeren ontvangen hiervoor en vergoeding.