Na het uitsterven van de otter, Lutra lutra, in Nederland in 1989 werd in juli 2002 gestart met de herintroductie van de soort in de Kop van Overijssel. Sindsdien heeft de otterpopulatie een sterke groei door gemaakt met als resultaat dat in de winter van 2007-2008 meer dan 35 otters konden worden aangetoond. De herintroductie verloopt zeer succesvol maar sterfte door het verkeer is een groeiend probleem. In Zoogdier 14 (4) werd al eerder bericht over het vrijlaten van de eerste 15 otters in de Weerribben en De Wieden in 2002 en 2003. Na het uitzetten van deze eerste 15 otters zijn in de periode 2004-2007 nog eens 14 dieren vrijgelaten in de Weerribben, De Wieden en de Rottige Meenthe. Deze gebieden zijn gelegen in de Kop van Overijssel en vormen een min of meer samenhangend moerasgebied van meer dan 20.000 hectare. Van de 29 uitgezette otters waren er 17 in het wild gevangen en kwamen 12 dieren uit gevangenschap. Aanvankelijk werden vooral wildvang otters uit Oost-Europa losgelaten, maar door strengere Europese regels zijn de laatste jaren vooral otters uit gevangenschap uitgezet (Lammertsma, 2003).