1983
De zeehond in de Waddenzee in de Crèche in de Waddenzee
Publication
Publication
Huid en haar , Volume 2 - Issue 4 p. 171- 173
De Zeehonden die op zeker moment terechtkomen in het opvangcentrum, zijn in vier groepen te onderscheiden: de huilers. de jongen van vier tot zes weken, de Zeehonden van drie maanden en ouder, en de Grijze Zeehonden. De huilers (vaak nog met de navelstreng) zijn het meest hulpeloos en met hun grote, droefgeestige ogen het meest vertederend voor de mensen. Het gewicht van deze weesjongen ligt tussen de zes en tien kilogram, terwijl als alles normaal was verlopen, ze tussen de tien en vijftien kilogram hadden moeten wegen. Na veel en intensief experimenteren zijn de mensen van de crèche erin geslaagd een goed alternatief te vinden voor de vette moedermelk, die het jong in natuurlijke omgeving van zijn moeder zou hebben gekregen. In de crèche krijgt het gemalen vis met water toegediend met behulp van een maagslang, volgens een zeer strikt voedingsschema. De eerste dagen om de drie uur, later vijf keer en ten slotte vier keer per dag.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| Huid en haar | |
| CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
| Organisation | Stichting ter Bevordering van de Zoogdierbescherming en de Zoogdierstudie in de Benelux |
|
Sietse van der Hoek. (1983). De zeehond in de Waddenzee in de Crèche in de Waddenzee. Huid en haar, 2(4), 171–173. |
|