2014
Wat maakt vogels zo interessant? Aflevering 1: De evolutie en afstamming van vogels
Publication
Publication
Het Vogeljaar , Volume 62 - Issue 2 p. 79- 83
Een nieuwe reeks: Wat maakt vogels zo interessant? Vogels zijn mooi om te zien, vertonen interessant gedrag en een aantal zingt ook nog prachtig. In de Middeleeuwen meende men nog dat vogels zongen ter meerdere eer en glorie van God. Die gedachte kwam vooral op bij de Veldleeuwerik, die zingend ten hemel stijgt. Later dacht men dat vogels zongen om ons mensen te plezieren en aardige achtergrondmuziek te verschaffen. Ook dacht men toen dat vogels in de herfst niet wegtrokken, maar net als kikkers ‘s winters in de modder wegkropen. Tegenwoordig weten we meer over vogels en er zijn ook steeds meer mensen geïnteresseerd in vogels. Er is geen wilde diergroep die zo nauw met de mens samenleeft. Met een aantal soorten wonen we zelfs onder één dak. Omdat vogels kunnen vliegen, zijn ze in onze ogen ongebonden en vrij om te gaan waar ze willen. Maar is dat wel zo? In zes afleveringen heb ik in vogelvlucht uit diverse bronnen algemene, maar vooral bijzondere biologische en ecologische aspecten over vogels samengevat. Hoe kan een vogel vliegen? Waarom zijn er zoveel soorten? Hoe komen ze aan al die mooie kleuren en waartoe dienen zij? Kunnen vogels ruiken? Welke vogels zingen en welke niet? Waarom zingen ze? Hebben vogels emoties en zelfbewustzijn? Hoe doen ze ‘het’ en hoe vaak? Het wat, hoe en waarom over onder andere vliegen, zintuigen, gedrag, zang, foerageren, leefgebieden, de trek en de voortplanting is beknopt beschreven en van uitleg voorzien. In deze eerste aflevering: evolutie en afstamming, soorten vogels en vogelnamen. Alle getekende illustraties bij deze aflevering zijn van de hand van Jos Zwarts.
Additional Metadata | |
---|---|
, , , | |
Het Vogeljaar | |
CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding") | |
Organisation | Stichting Het Vogeljaar |
M.M.A. Boer. (2014). Wat maakt vogels zo interessant? Aflevering 1: De evolutie en afstamming van vogels. Het Vogeljaar, 62(2), 79–83. |