Over de identiteit van Helix stagnorum Gmelin, 1791, en Turbo ventrosus Montagu, 1803 De naam Helix stagnorum Gmelin, 1791, is gebaseerd op Basters ”Turbo Stagnalis” (1765 a: 77, 97) of ”Dryf-Horentje” (1765b: 81, 105) uit het brakke Kaaskenswater bij Zierikzee. Na meer dan twee eeuwen is er nog steeds geen eensgezindheid wat betreft de interpretatie van Basters beschrijvingen en afbeeldingen. Vooral Nederlandse auteurs hebben de naam Hydrobia stagnorum gebruikt voor een algemeen binnendijks in brak water levend slakje. Dezelfde soort werd in Engelse literatuur daarentegen als Hydrobia ventrosa (Montagu, 1803) aangeduid, waarbij Basters werk als te onduidelijk en daardoor onbruikbaar werd afgedaan. Het laatste kan gezien de bestaande regels niet worden goedgekeurd. Daarbij komt dat het Kaaskenswater nog steeds bestaat. Daardoor is het mogelijk om na te gaan welke soort Baster hoogstwaarschijnlijk voor zich had. Toen Bank onlangs vaststelde dat er in het Kaaskenswater niet één maar twee Hydrobia-achtige soorten voorkomen, die Baster wellicht niet heeft kunnen onderscheiden, werd de zaak nog aanzienlijk verwarrender. Om aan deze situatie een einde te maken, werd voor Helix stagnorum een neotype vastgelegd, terwijl uit de syntypen van Turbo ventrosus Montagu een lectotype werd gekozen. Hierdoor kunnen we nu met recht zeggen dat er in het Kaaskenswater naast Potamopyrgus jenkinsi (E.A. Smith, 1889) een slakje met bolle omgangen en een wijde navel voorkomt dat Hydrobia ventrosa (Montagu) (fig. 3-6) moet heten en daarnaast een soort die we Hydrobia stagnorum (Gmelin) (fig. 1, 2) moeten noemen, meer wittig van kleur, met minder bolle omgangen, een nauwe tot bijna gesloten navel en een minder regelmatig afgeronde, naar verhouding wat grotere, mondopening, die begrensd wordt door een opvallend scherpe mondrand. Een voorlopig onderzoek door Dr. F. Giusti bracht ook essentiële anatomische verschillen aan het licht. Het is dan ook mogelijk dat de geslachtsnaam Hydrobia niet voor beide soorten kan worden gehandhaafd. H. ventrosa is in Nederland (fig. 8) en elders niet zeldzaam. H. stagnorum is daarentegen een zeer zeldzame soort, die in Nederland na 1950 alleen nog maar ten zuidoosten van Ouddorp en (herhaaldelijk) in het Kaaskenswater levend werd vastgesteld (fig. 7). Uit het buitenland kennen we slechts één recent monster, uit een zoutmeer bij Halle an der Saaie (D.D.R.). Moge dit artikel ertoe bijdragen dat het fraaie Kaaskenswater (fig. 9) dat niet alleen landschappelijk en historisch, maar als typelocaliteit en vindplaats van een uiterst zeldzame diersoort ook wetenschappelijk van grote betekenis is, voor de toekomst veilig gesteld wordt.