Ik zou de beteekenis van de Koninklijke Goedkeuring aldus willen uitdrukken, dat een vereeniging eerst door deze Goedkeuring datgene wordt, wat de leden- oprichters bij haar oprichting gemeenlijk wel min of meer voor oogen zal hebben gestaan en wat de overige leden doorgaans als vanzelfsprekend aannemen dat hun vereeniging bereids is. Namelijk iets dat in het maatschappelijk leven een zelfstandige beteekenis heeft naast en tegenover de individueele leden, iets dat als ieder natuurlijk persoon drager van rechten en verplichtingen is en kan zijn. Dat zij heeft, wat in de juridische taal rechtspersoonlijkheid wordt geheeten. Met andere woorden dat de vereeniging een rechtspersoon is welke gelijk een natuurlijk persoon haar eigen bestaan op deze aarde leidt.