Het is een verheugend verschijnsel dat verschillende van onze leden de studie der weekdieren niet uitsluitend beoefenen als conchyologie, d.w.z. het bijeenbrengen van een verzameling van slakkenhuisjes en schelpen, maar als malacologie in de ware zin des woords, waarbij dus problemen als variaties van de soorten, ecologie en biosciologie in hun gezichtskring betrokken worden. Ik behoef slechts te wijzen op de verzorgde publicaties van Kuiper over Pisidium en op het werk van Mörzer Bruyns over het verband tussen het milieu en de Molluskenfauna.