In het Journal de Conchyliologie (Vol. 101, p. 109, 1961) wordt een berichtje aangehaald uit een in Nieuw Caledonië verschijnende krant (La France Australe, 28.10.1960), waarin sprake is van het overlijden van een inlander als gevolg van een steek van een 9½ cm grote Conus geographicus L. Een zekere heer Planche, die het knipsel aan de redactie van het J.d.C. had toegezonden, gaf in een brief de volgende commentaar (vert.): ”Ik heb een gesprek gehad met de inlander die bij het slachtoffer was. Het gebeurde te Balade. De bewuste persoon raapte levende en dode schelpdieren op langs een strand op een plaats waar tien tot twintig centimeter water stond. Hij had er al verscheidene in elke hand, toen hij opeens een gil gaf en tegen een zijner vrienden zei, dat hij gestoken was. Een minuut later zakte hij op het zand ineen. Toen zijn vrienden, na enkele minuten met hem gepraat te hebben, de ernst van zijn toestand inzagen, brachten zij hem naar de apotheek van Koùmac waar de man drie uur later overleed."" De correspondent voegde hier nog aan toe, dat enkele maanden tevoren een andere inlander eveneens door een. schelpdier gestoken was, De soort was hem niet bekend. Hét slachtoffer zou een maand lang verlamd zijn 'geweest en zich daarna hersteld hebben.'