Op veel te jonge leeftijd overleed op 20 augustus 1982 Frits Hoffmann. Ik kende Frits pas enkele jaren, doch wellicht mede gezien ons beider NJN verleden ontstond een goed kontakt. Veel van de hieronder vermelde gegevens heb ik gehaald uit zijn veldboeken, welke hij begon aan te leggen in zijn HBS en NJN tijd (1945). Uit deze boeken blijkt dat hij in die jaren vooral belangstelling had voor vogels, en vele interessante waarnemingen zijn door hem opgetekend. In de beginjaren '50 ontstaat de belangstelling voor de malacologie (en geologie) en wordt hij lid van de strandwerkgemeenschap van de NJN. Ook bezocht hij toen regelmatig de determinatieavonden van de NMVwerkgroep Amsterdam. Onder leiding van Gerard Spaink werd aldaar veel aandacht besteed aan het Eemien rond Amsterdam. Excursies met o.a. Stiva en Neuteboom worden beschreven naar de Diemerzeedijk, de schelpenhoop bij Schiphol en de ruïne Brederode bij Bloemendaal. Ook de vondsten van de NMV excursie naar het havendok in Antwerpen in 1957 worden uitvoerig vermeld in zijn veldboek. Ontelbaar zijn de verslagen van tochten, dikwijls samen met NMV-lid Jo Bosch uit Hilversum, naar Hofermühle, Idar-Oberstein, Dingden, Wüllen, Bünde, Winterswijk, Den Briel enz. Ook Frankrijk bezocht hij diverse malen (o.a. met Roding in mei 1961) om materiaal uit het Bekken van Parijs te verzamelen. In 1959 behoort hij bij de oprichters van een onderafdeling 't Gooi van de Nederlandse Geologische Vereniging.- Door drukke werkzaamheden en het wonen in het buitenland wordt er enige jaren minder intensief aandacht aan de malacologie gewijd. Toch verzamelt hij tijdens zijn verblijf in Ethiopië een prachtige kollektie land-en zoetwater materiaal en vele soorten uit de Rode Zee (Djibouti) worden bij zijn verzameling gevoegd. Ook in Australië, Tahiti en Japan verzamelde hij zelf nog veel schelpen.