Het is pikkedonker in de Culemborgerwaard. Geen mens of dier te zien; slechts het door een straffe wind opzwiepende water verstoort de rust. Maar dan: ’ploep’, er komt iets aan de oppervlakte. Het lijkt wel een boek of zoiets. Verhip, het ís een boek, even lezen: Asgrauwe tolslak, duidelijk een schelpenboek dus. Dan volgt een tweede ploep, weer een schelpenboek en nog een, en nog een en Zo’n acht meter boekenplank aan Strandvlooien, Zeepaardjes, CB's en boeken, het levenslange verzamelresultaat van twee mensen, drijft inmiddels aan het oppervlak en begint zijn half zwevende half drijvende reis naar zee tezamen met miljoenen kubieke meters rivierwater.