1996
Naschrift bij: Bours, 1000 cc schelpengruis = 1000 wenteltrapjes
Publication
Publication
Correspondentieblad NMV , Volume 291 - Issue 1 p. 92- 92
Vooral de laatste jaren spoelen langs de Zeeuwse kust relatief veel verse huisjes aan van E. clathratulum. Onlangs werd bovendien de eerste ’zekere’ autochtone vondst bekend (Wetsteyn & Nieuwenhuize, 1996). Een theorie is dat we te maken hebben met een toename/ areaal-uitbreiding van deze en andere van oorsprong ’zuidelijker’ soorten, als gevolg van het global-heating-effect. Hoewel slechts één van vele theorieën, is het aannemelijk dat na diverse milde tot warme zomers, een plotselinge strenge winter juist bij dergelijke soorten voor aanzienlijk sterfte en dus voor veel hogere aantallen schelpen in het aanspoelsel kan zorgen.
Additional Metadata | |
---|---|
Correspondentieblad NMV | |
CC BY-NC 4.0 NL ("Naamsvermelding-NietCommercieel") | |
Organisation | Nederlandse Malacologische Vereniging |
R.H. de Bruyne. (1996). Naschrift bij: Bours, 1000 cc schelpengruis = 1000 wenteltrapjes. Correspondentieblad NMV, 291(1), 92–92.
|