Roger Peterson (De Vogelgids) en James Fisher (The Fulmar, Bird Recognition e.v.a. boeken) maakten in 1953 in honderd dagen, voornamelijk met de auto, maar gedeeltelijk ook per vliegtuig, een tocht van ruim 25.000 mijl langs de grenzen van de Ver. Staten, een eind weegs Mexico in en tenslotte naar de Pribilof-eilanden voor de noordwestpunt van Alaska. Precies één meer dan zeshonderd vogelsoorten werden op die tocht waargenomen, waarvan 536 binnen een gebied, waar nooit tevoren iemand meer dan 497 soorten in een heel jaar had gezien. Dat klinkt allemaal wat erg Amerikaans. Men is in Amerika nu eenmaal verzot op grote getallen en records. Maar „Wild America”, het boek dat Roger en James samen hebben geschreven als resultaat van deze tocht (Collins, London, 1956. – 30 sh.) is dan ook een boek over Amerika. Een Amerika overigens, dat heel anders is. dan we het uit de meeste reisverhalen kennen. Het is het (nog) ongerepte Amerika, dat zij ons beurtelings voor ogen stellen, Roger met een kennis van zaken, vergaard in een lange reeks van jaren van zeer intensieve natuurstudie, James door de ogen van de nieuweling, voor wie alles vreemd en onbekend is. Roger tenslotte illustreerde het boek met een groot aantal voortreffelijke scraperboardtekeningen.