De stand in 1982 was zodanig, dat gevreesd moet worden voor een spoedig einde van het broeden van de wilde Ooievaar in Nederland. Er waren weliswaar zes bewoonde nesten, maar hiervan was er slechts één met een wild broedpaar. Drie nesten waren bezet door paren, waarvan één of beide vogels projectooievaars (ingevoerde, in gevangenschap gefokte exemplaren of nakomelingen daarvan) waren. Van december 1981 tot maart 1982 werden tien waarnemingen van overwinterende Ooievaars bekend. Over de periode oktober 1981 t/m september 1982 was het aantal waarnemingen van trekkende, zwervende of pleisterende exemplaren belangrijk minder dan in voorgaande jaren. De weggetrokken Ooievaars die de nesten bezetten, kwamen tussen begin april en begin mei aan. De aankomstdata van de ♂♂ en ♀♀ waren als volgt: