In Harculo bij Zwolle (atlasblok 27-15-47) kwamen in een zanddepot in 1980 36 paren Oeverzwaluwen tot broeden. Ik besloot deze kolonie in 1981 eens op de voet te volgen. Daarbij heb ik vooral gelet op de groei van deze kolonie. De eerste Oeverzwaluwen kon ik op 5 april 1981 begroeten. Ongeveer een maand later werden de eerste nesten gegraven, De richting van de uitvliegopeningen op noordnoordoost. Wie schetst mijn verbazing toen aan de groei van de kolonie geen eind leek te komen. De groei van de kolonie heb ik op twee manieren weergegeven. De eerste manier bestaat hieruit dat ik op een viertal dagen de nesten of de nesten in wording zo nauwkeurig mogelijk heb opgetekend In hoeverre binnen een kolonie sprake is van nesten of nesten in wording is moeilijk te zeggen. Het is namelijk zo dat niet alle gaten in een oeverzwaluwkolonie tot nest worden. Dit is natuurlijk wel vast te stellen na langdurige observatie, bijvoorbeeld door te kijken of er vogels met nestmateriaal invliegen of beter wanneer bijna vliegvlugge jongen voor de ingang verschijnen. Voor dat laatste was hier geen gelegenheid, zodat geen exacte aantallen nesten worden gegeven, maar getallen die het aantal nesten plus het aantal nesten in aanbouw weergeven.