Van 1 september tot 15 september 1983, hebben mijn vriend en ik onze vakantie doorgebracht in Zuid-Spanje. Daarvoor gingen wij dus naar het meest bekende trekpunt, de Rots van Gibraltar. Gibraltar zelf is vanuit Spanje niet toegankelijk. Daarom gingen wij dus niet verder dan La Linea halverwege het schiereiland van waaruit je een goed uitzicht hebt op de Rots. Vrijdag 2 september was het onbewolkt, dus goed trekweer, en om 8.30 uur (zonsopkomst 7.30 uur) kwamen de eerste Wespendieven al aanvliegen, in steeds grotere groepen, in totaal 542 met daarbij 10 Zwarte Wouwen en één Aasgier en hoog daarboven enkele Grauwe Kiekendieven. Maar het vreemde was dat die trek om 11.00 uur stopte, en na nog zeker een uur voor niets te hebben gewacht zijn wij weggegaan. De dagen hierna hebben wij bij Gibraltar geen trek meer gezien, wel zagen wij rond onze camping te San Roque en in het binnenland nogal wat stootvogels rondvliegen, maar die gingen niet naar Gibraltar. Er was telkens een sterke zuidoostenwind met slechts lichte bewolking bij de top van de Rots en in de bergen aan de andere kant van de baai tussen Algeciras en Tarifa, voor de rest was het onbewolkt.